“De ambities die CIPU nastreeft inspireren mij enorm. De drive om te innoveren spat er van af.”

Interview met Casper Broekaart over zijn nieuwe rol als innovatiemakelaar bij CIPU.

 
 

Fotograaf: Lisanne Lentink

 

Met de aanstelling van Casper Broekaart als Innovatiemakelaar zet het Cultuur Innovatiefonds Provincie Utrecht de eerste stap in de volgende fase van het fonds. De bestaande regeling en coachingstrajecten worden onderdeel van een bredere hub-functie: CIPU als kenniscentrum en kennismakelaar.

Doel is om een infrastructuur te realiseren waardoor de brede cultuursector in de hele provincie profiteert van innovatie. Daarbij zal worden ingezet op ontwikkel- & onderzoekstrajecten, kennisdeling, meet-ups  en gerichte challenges. De innovatiemakelaar is de spin in het web van deze programmatische ambities. We stelden Casper een aantal vragen om nader met hem kennis te maken. 

Stel jezelf even voor, wie ben je en wat is je achtergrond?

“Mijn naam is Casper Broekaart. Ik ben 35 jaar en inmiddels ruim anderhalf decennium actief in de culturele sector van Utrecht. Ik heb in verschillende rollen aan de wieg gestaan van tal van innoverende collectieven en projecten. Ik ken de sector vanuit verschillende perspectieven. Ik startte als maker, muzikant en autonoom producent van community-art projecten bij Knalland. Ik leerde projectplannen schrijven en fondsenwerving-campagnes opzetten bij Stichting Cultuurbord. Ik ontwikkelde verschillende open oproep-formats en wijkprojecten bij Sophies kunstprojecten. Leerde opereren binnen een ambtelijke en politieke context als cultuurmakelaar voor de gemeente Nieuwegein.

En naast mijn werkzaamheden voor CIPU werk ik als cultuurmakelaar voor Stichting Kunstenhuis De Bilt-Zeist, schrijf ik Nederlandstalige burn-out pop liedjes onder de noemer Feitenfabriek en volg ik een Raja Yoga docenten opleiding.”

Waarom wilde je graag bij CIPU aan de slag?

De ambities die CIPU nastreeft inspireren mij enorm. De drive om te innoveren spat er van af. Je zou er misschien snel aan voorbij gaan maar CIPU, en dan in het bijzonder de samenwerking tussen de betrokken organisaties, is uniek. Nog nooit eerder werkte een mix tussen private en publieke organisaties op deze schaal samen aan het toekomstbestendig maken van de cultuursector. Ook het motto ‘leren door te doen’ sluit erg bij mij aan.”   

Wat hoop jij te leren door mee te bouwen aan CIPU?

“Een van de uitdagingen is het inzichtelijk maken van de individuele leerervaringen. Het doel is kennis vergaren zodat we die inzichten vervolgens kunnen delen met de rest van de sector. Maar ook het creëren van een klimaat waarin we in openheid naar ons eigen handelen kunnen kijken en vanuit vertrouwen durven delen. De praktijk leert dat binnen veel organisaties nog onvoldoende gelegenheid is om op deze manier naar onze eigen beroepspraktijk te kijken. Ik wil helpen om zo’n cultuuromslag te versnellen.”

Wat is voor jou de grootste uitdaging van CIPU?

“Innovatie over de volledige breedte van de cultuursector bevorderen is een hele ruime missie. Iedere organisatie of samenwerking heeft andere plannen met andere uitdagingen. Er kunnen veel kruisverbanden gelegd worden, maar leerervaringen en onderzoeksresultaten zijn vaak niet een op een voor anderen te gebruiken. Zo kan innovatie in een stad als Utrecht een andere invulling en dynamiek hebben dan in de omliggende steden en dorpen.

Met het revolutionaire idee uit de ene stad kun je op een andere plek de plank volkomen mis slaan en andersom kan een bepaalde werkvorm die in de ene samenwerking al helemaal verankerd is juist ontzettend innovatief zijn voor een pas opgestarte regionale samenwerking. Het vraagt om maatwerk en een lange adem.”

Wat worden je eerste stappen als innovatiemakelaar?

“Naast het bestaande begeleidingsprogramma is er net een ontwikkeltraject ‘Innoveren met Impact’ van start gegaan in samenwerking met Art-Up. Hier helpen we  7 organisaties om hun ideeën en plannen voor nieuwe concepten aan te scherpen. En achter de schermen leggen we nu het fundament voor de eerste gerichte challenge die we willen gaan organiseren. Ook voer ik hier en daar al verkennende gesprekken voor de organisatie van de eerste innovatie cafés en sta ik de stuurgroep en het projectbureau bij in raad en daad bij de doorontwikkeling van de volgende aanvraagronde.”