Interview Brett Bannink: over experiment en onderzoek in de cultuursector
Toen de coronapandemie de culturele sector stillegde, ontstond mede bij Brett Bannink - beleidsadviseur cultuur bij de provincie Utrecht en mede-initiatiefnemer achter CIPU - het idee om nieuwe manieren te vinden om het publiek te bereiken. Terwijl veel organisaties zich richtten op overleven, wilden Provincie Utrecht, Gemeente Utrecht, Gemeente Amersfoort, K.F. Hein Fonds, Elize Mathilde en Cultuurfonds Utrecht, juist ruimte creëren voor experiment en vernieuwing. Samen verenigden zij zich in CIPU, het Cultuur Innovatiefonds Provincie Utrecht.
Van noodgreep naar vernieuwing
Wat begon als een directe reactie op de lockdowns, groeide al snel uit tot iets groters: een plek waar makers niet alleen digitaal of via technologie publiek konden bereiken, maar ook vrijuit konden experimenteren met nieuwe vormen, samenwerkingen en ideeën. Brett licht toe: “In de sector gaat financiering vaak over output: het eindproduct dat je kunt laten zien. Maar onderzoek, ontwikkeling en het proces daarheen? Daar is nauwelijks geld voor. Terwijl dáár de echte vernieuwing begint.”
Het idee sloeg aan. Makers en organisaties vonden bij CIPU een plek waar ze buiten de gebaande paden konden werken, interdisciplinair en soms zelfs buiten de culturele sector zelf. Volgens Brett: “Juist het snijvlak met bijvoorbeeld het sociaal domein is interessant. Daar ontstaan nieuwe verhalen en vormen.”
Post-corona
Na de pandemie verschoof de focus. CIPU ontwikkelde zich van het financieren van losse uitvoeringsprojecten naar het ondersteunen van langere trajecten waarin onderzoek en ontwikkeling centraal staan. Brett benadrukt: “We willen makers niet alleen geld geven voor een eindproduct, maar hen juist begeleiden in hun zoektocht. Een prototype, een experiment, een onderzoeksopzet - dat is minstens zo waardevol als een voorstelling in de schouwburg.”
De blik vooruit
Momenteel onderzoekt Brett samen met de andere partners binnen CIPU hoe het gedachtengoed van CIPU behouden kan blijven, zodat onderzoek en ontwikkeling (R&D) een structureel onderdeel kan worden van de Utrechtse culturele sector. Brett: “Dat zal dan vooral via kennisontwikkeling zijn om een andere manier van denken te stimuleren, binnen de culturele sector maar last but not least bij overheden en fondsen.”
Daarnaast ziet hij kansen voor start-ups en jonge makers. “Het gaat om lef tonen, over je eigen schutting heen kijken, durven onderzoeken. En daar horen ook andere manieren van financieren bij: meer toetsen op proces dan alleen op eindresultaat. Of het nu gaat om een onderzoek of een prototype, we moeten ze de ruimte geven om te experimenteren. Daar begint innovatie,” aldus Brett.
Lef, nieuwsgierigheid en openheid
Zijn advies voor makers die nog twijfelen om een idee te delen, is eenvoudig. Brett: “Met CIPU, met fondsen, met overheden - stel vragen, geef aan wat je nodig hebt. We leren allemaal van die gesprekken. En vergeet vooral deze drie woorden niet: lef, nieuwsgierigheid en openheid. Daarmee kom je verder dan je denkt.”
“We willen makers niet alleen geld geven voor een eindproduct, maar hen juist begeleiden in hun zoektocht. Een prototype, een experiment, een onderzoeksopzet - dat is minstens zo waardevol als een voorstelling in de schouwburg.”